Opstellen van je verlangen
Elk proces begint met een door jou geformuleerd doel of verlangen. Dat kan in principe elk verlangen zijn, bijvoorbeeld ‘Ik wil rust of ‘Ik wil meer zelfvertrouwen’. Vervolgens kies je voor elk woord in die zin een resonantiefiguur. Deze resonantiepersonen worden in de ruimte geplaatst en belichamen de woorden. De door jou gekozen resonantiepersonen gaan resoneren met het woord dat je aan hen hebt gegeven. Dat doen ze door waar te nemen wat er in henzelf gebeurt als ze staan waar jij ze hebt geplaatst en jij met ze in contact gaat. Misschien kijk je de resonantiepersoon aan? Misschien ga je naast hem of haar staan? Misschien sta je op een afstandje te kijken naar wat er bij de resonantiepersonen gebeurt? De persoon die jij hebt gekozen voor een bepaald woord stemt af op wat hij of zij voelt en brengt dat tot uitdrukking in lichaamstaal, gebaren, woorden, houding en beweging. Zo maken deze resonantiepersonen zichtbaar en tastbaar met welke ervaringen, gebeurtenissen en personen een woord voor jou verbonden zou kunnen zijn. Heb je bijvoorbeeld in je zin het woord ‘ik’ gebruikt, dan kan het zo zijn dat de resonantiepersoon die ‘ik’ verbeeldt zegt: ‘Ik voel me klein worden, jong, en ik wil graag dansen en zingen en plezier maken, maar ik houd me in.’ Misschien heb je het woord ‘wil’ gebruikt? De resonantiepersoon voor het woord ‘wil’ zou je dan iets kunnen
tonen waardoor je gaat inzien dat jouw manier van ‘willen’ in wezen een overlevingsstrategie is die je juist afhoudt van datgene waarnaar je werkelijk verlangt.
Soms tonen de woorden je oude pijn: pijn die je hebt vastgehouden en waardoor je nieuwe mogelijkheden in je huidige leven nog niet kunt benutten. Soms krijg je door de woorden inzicht in patronen die je steeds herhaalt en die je belemmeren. In deze resonantieprocessen worden de woorden belichaamd en tot leven gebracht door de resonantiepersonen die jij daarvoor hebt uitgekozen. Via hen spreken de woorden als het ware voor zichzelf en houden je zo een spiegel voor waarin je je gevoelens kunt herkennen, je aangeleerde overlevingsmechanismen kunt ontdekken en kunt zien welke mogelijkheden je nog verder zou kunnen ontplooien. Daarom gaan deze processen ook vaak over: wie ben ik eigenlijk en hoe ben ik zo geworden? Wil ik zo zijn en zo blijven of zou ik liever andere kanten van mijzelf toelaten en ontwikkelen?
In de spiegel resonantie groep, werk je met elkaar aan je proces door het opstellen van het verlangen.Door ook voor elkaar de verlangens te representeren, verdiep je ook je eigen proces.
In iedere cyclus is er ruimte om je eigen verlangen op te stellen.